17.6.10

Hoe het verder ging

Het plan van het zelf bestrijden van zwam in huis bleek onhaalbaar, volgens inderhaast opgegoogelde deskundigen. Sterker nog, als je in plaats van Kelderzwam (klik) ook nog eens de sporen van de Echte Huiszwam (klik) in je huis had gehaald, was bijkans het einde nabij. Wij waren voorheen gerustgesteld met de wetenschap dat de kelderzwam die bij ons in de kruipruimte woonde, wel op zijn schreden zou terugkeren na een chemische douche en de nodige maatregelen aangaande ventilatie. De Huiszwam echter, zo leerde een angstaanjagend rapport van Groningse onderzoekers mij, laat zich daardoor geenszins afschrikken. Nee, de Huiszwam heeft eigenlijk alleen een spoor en een vochtige basis nodig om te ontstaan, maar kan daarna ook zonder vocht rustig doorwoekeren, als het moet dwars door steen heen. Op deze manier is de Huiszwam in staat om ook aangrenzende panden te besmetten en daar zijn verwoestende tocht voort te zetten. Een door Huiszwam aangetaste draagbalk kan binnen een half jaar tijd 50% van zijn draagkracht verliezen, als de omstandigheden optimaal zijn. En de Huiszwam is niet zo’n kieskeurig type, dus de omstandigheden zijn al snel goed.

Wát”?! De schrik sloeg mij om het hart. Ik holde terug naar huis en keek nog eens kritisch naar onze elfenbankjes. Het zou toch niet...?

Ik rende weer terug naar de computer. De foto’s op internet leken eigenlijk niet helemaal op wat er in onze keuken groeide, maar wat er in onze keuken groeide was ook weer anders dan dan wat er in de kruipruimte groeide. Ondertussen sloeg de stress aardig toe. Ik voelde de spieren in mijn nek akelig aanspannen en ik kon mijn hart voelen bonken. Ik zag het al voor me: dadelijk zou die leuke verbouwing verworden tot een gigantisch renovatie-project. Als dit huiszwam was, wat moesten we dan doen? Zou het dan al door het hele huis zitten? “Kalm nou”, maande ik mezelf. “Laat het nou maar aan zwamhans over. Die weet tenminste wat het is en wat je eraan moet doen. Het is nu vrijdagavond, het heeft geen enkele zin om nu te stressen, maandagochtend bel je er gewoon meteen achteraan”. Maar het hielp niet. Tijdens het eten begonnen er lichtgevende vlekjes voor mijn ogen te dansen en binnen een uur lag ik met bonkend hoofd in bed te zuchten. Verrotte verbouwing ook! Waren we er goddomme maar nooit aan begonnen!

Maandagochtend.
Na een door doemgedachten vergald weekend hing ik al om half negen bij de zwamman aan de lijn. Ik vertelde hem over het vergeten plekje dat toch wel wat zorgwekkend leek en probeerde zo zakelijk en rielekst mogelijk over te komen. Zwamhans meldde dat hij eventueel op woensdag misschien nog wel even tijd had voor een inspectie. Wetende dat ik mezelf en mijn gezinsleden niet nog twee dagen stress kodn aandoen, dramde en ouwehoerde ik net zo lang tot hij toegaf nog diezelfde middag langs te komen. Uit ergernis weigerde hij mij een tijdsindicatie te geven.

Maandagmiddag.
Zwamhans belde: “Ik ben er over tien minuten”.
Een half uurtje later stonden we gezamenlijk in de bijkeuken, de man van de zwam, B. de Uitvoerder en ik. De Kenner heeft gesproken. Het is geen huiszwam, maar het zijn de vruchtlichamen van de kelderzwam. Hij hoefde het niet chemisch te behandelen, maar de draagbalk en de dakplaten moesten er wel uit en vervangen worden. B. kon slechts met grote moeite zijn ergernis verbergen en begon alvast gefrustreerd een gat in het gewraakte hout te hakken. Ik baalde ook wel, de loodgieter had net het dak gerepareerd, maar de opluchting over de identificatie van de zwam was groter.

Later die week bleek dat het aangetaste deel veel groter was dan eerst te zien was en dat er een groot stuk uit het dak zou moeten worden gezaagd en vervangen. De stemming daalde nog iets verder bij het horen van dat bericht, maar we houden ons vast aan de gedachte dat de smerige zwammen voorlopig het onderspit gaan delven. Herma tegen Zwam: 1 - 0.

8.6.10

Zwammen over zwam

"Tja..." peinsde B., onze niet onknappe uitvoerder. "Beetje....víezig" zei S., onze architect. We stonden in wat voorheen onze bijkeuken was met het hoofd in de nek naar een verdachte plek aan de plafondbalken te staren.
"Volgens mij is het zwam", zei ik. "Nèh. Volgens mij ziet zwam er heel anders uit". Zei B. "Jaaaah", beaamde S. "Dit is geen zwam hoor, dit lijken meer.... élfenbankjes...". We begonnen te lachen, ik vooral uit opluchting. "Nee, volgens mij hoef je hier niet echt iets aan te doen. Bovendien stopt zwam ook, als het hout niet meer vochtig is. Dus nu we de lekkage hebben verholpen, zal dit ook wel gewoon verdwijnen". Hmmm. Helemaal gerust was ik er toch niet op. "Als de zwamman komt, zal ik het hem ook nog vragen", opperde ik.
De zwamman, het mannetje van de zwam, zwamhans; al snel had het door ons aangetrokken bestrijdingsmannetje, zonder dat hij het wist, een heel arsenaal aan koosnamen.
Ja, het zwammannetje er nog eens naar laten kijken, dat leek iedereen wel een aardig idee.

Anderhalve week later parkeerde zwamhans zijn bolide met bestrijdingsaanhanger in onze voortuin, dook in het gat dat ooit onze vloer was, keek twee keer vorsend in de nu blootliggende kruipruimte en sprak zijn vonnis uit: "Plint eruit en stuc op de muur afbikken tot een meter hoog. I'll be back." Vervolgens stapte hij weer in zijn mobile en zoefde bijna geluidloos onze straat weer uit.
Whów. Dat zagen we even niet aankomen. Ergens in de verte hoorde ik een mij vaag bekend voorkomend geluid, dat na wat aandachtiger luisteren het gekerm van onze bankrekening bleek. "Nee, maar ja, maar goed", redeneerden we, "het kán niet anders. Willen we nog langer met Zwam samenwonen? Nee. Want die maakt een puinhoop van ons huis. Willen we dus van Zwam af? Ja! Het liefst vandaag nog. Dus, húp jongens, bikken maar!" Onze verbouwingsjongens wisten zich als echte mannen kloek over deze tegenvaller heen te zetten en stortten zich vol overgave op het ondankbare bikwerk dat hun wachtte.

Een week later, vrijdagavond. Ik loop rond met het vage, onaangename gevoel dat ik iets belangrijks vergeten ben. Na een poosje vruchteloos in de rondte te hebben lopen piekeren, schiet het me te binnen; het viezige plekje in de bijkeuken! Vergeten aan zwamhans te laten zien! Wat stom! Net nu hij helemaal klaar is en de jongens al weer bezig zijn met de opbouw het muurtje er vlak onder! Meteen overvallen mij de gruwelgedachten en de hartkloppingen die me altijd meteen overvallen als ik aan al de duistere geheimen in de vorm van stiekeme lekkages, woelmuizen, zwam en andere schimmels, rottende kozijnen, verkeerd aangelegde isolatie en daaruit voortkomende problemen en allerlei andere bouwkundige faux pas denk, die het huis wellicht nog voor ons verborgen houdt. Maar al te vaak -en dus ook nu weer- zie ik dan voor mijn geestesoog zeer levendige beelden van mezelf en mijn gezinsleden onder een berg puin. De krantenkoppen kun je erbij verzinnen. "Gezin in Nieuwegein bedolven onder de puinhopen van hun ingestorte woning. Oorzaak van de ramp is waarschijnlijk een uitzonderlijk ernstig geval van onopgemerkte zwam die jarenlang ongestoord heeft kunnen woekeren".
Maar dan moet ik weer denken aan de geruststellende woorden van B. en S. Ik probeer mezelf te sussen: "Misschien is het helemaal geen zwam. Dan vragen we zwamhans gewoon of hij ook nog even die elfenbankjes komt besproeien, plakken we daarna fijn de plafondplaatjes ertegen en geen haan die er meer naar kraait. "Wie weet", kom ik op een lumineuze gedachte, "kunnen we het zelf nog wel behandelen! Eens kijken wat google ervan zegt." Zeer tevreden over mezelf wandel ik met de laptop naar de schuur om mij daar eens grondig in de zwambestrijdingswiki te werpen.

To be continued...