Mijn schedel wordt geteisterd door een knallende koppijn en mijn maag kan maar niet beslissen wat er gebeuren moet: eten of omdraaien.
Een paracetamolletje nemen helpt niet veel meer. Twee ook niet. Het bonkt in mijn hoofd alsof een stel overijverige bouwvakkers met een heimachine de fundering beslist vandaag nog af moet krijgen.
Ik kon er niet van slapen. En dat werd niet beter toen ik merkte dat ik Stefan ook wakker hield met mijn gedraai. Dus ik besloot met mijn kussentje en de extra deken beneden op de bank te gaan liggen. Met de tv aan. Ik keek naar 'Frasier' tot ik te misselijk werd van die broer, Niles. Japie, onze poes, monsterde mijn lekker warme deken en kwam gezellig op mijn heup liggen.
Helaas lukt het een poes niet om in slaap te vallen zonder daar een uitgebreid wasritueel aan vooraf te laten gaan. Dus moest ik een half uur wachten voor ik eindelijk mijn ogen kon dicht doen. Want de combinatie licht schudden wegens wassende kat op heup en misselijk werkt niet -of juist heel goed- in combinatie met dichte ogen.
Toen Japie al zijn kussentjes weer mooi zachtroze had gelikt en het mij was gelukt mijn maaginhoud binnen te houden ondanks de indringende whiskaslucht die daarbij uit zijn bekje walmde, kon ik eindelijk een poging doen om te gaan slapen. Maar toen bedacht hij dat hij bij nader inzien toch wel een beetje honger had waarop hij naar de keuken vertrok om wat te eten, terugkwam, zich eerst vergiste en per ongeluk op mijn gezicht sprong, vervolgens wiebelig en mét nagels via mijn schouders en ribben de route terug naar de heup vervolgde en het hele wasritueel weer van voren af aan begon. Het was duidelijk dat ik niet aan slapen ging toekomen als ik hem bij me liet liggen, dus sloot ik hem op in de voorkamer, waar hij mij luidruchtig probeerde duidelijk te maken dat hij het er niet mee eens was. Na een tijdlang knarsetandend naar het getergde miauwen te hebben geluisterd, viel ik in slaap en werd wakker van zijn volgende ontsnappingstactiek: proberen de deur open te krabben. Ik trok de dekens zo ver mogelijk over me heen in een poging het gekrab en het gemiauw buiten te sluiten, tot ik bedacht dat ik wel hem voorzien had van eten en een bakje water, maar dat ik de kattebak was vergeten. En nou moest 'ie natuurlijk poepen, zal je altijd zien!
Dit werd niks. Ik besloot om Japie uit de voorkamer te laten en zelf maar weer in mijn eigen bed te gaan liggen. Stefan was nu vast wel zo diep in slaap dat 'ie waarschijnlijk wel door mijn gerommel heen zou slapen.
Stiekem en zo zachtjes mogelijk sloop ik de kamer in om mij stilletjes in bed te laten schuiven. Dat was zo gemakkelijk nog niet, want in mijn hoofd werd nog steeds een grimmige oorlog gevoerd en en bovendien was ik een beetje duizelig wegens slaapgebrek. Vanuit het donker hoorde ik zuchten en wat gedraai. Argeloos en in halfslaap, maakte Stefan aanstalten om een warme arm om me heen te slaan, maar deinsde terug nadat ik hem als een verwilderde zenuwpatient had toegesnauwd: "Nee! Laat me los!"
Slapen wilde ik. Met helemaal niks bovenop, over me heen of aan me vast.
Twee uur later ging de wekker.
Vanochtend:
Ik word wakker, kreun en ik weet: er moet een kind naar school worden gebracht, gewerkt, boodschappen gedaan, kind van school gehaald, speelafspraakjes nakomen, die -en die bellen, het huis een beetje opruimen, e-mail beantwoorden, eten koken, schadeformulieren invullen (nee, niet onze schuld en we zijn er zelf ook niet bij beschadigd geraakt) etcetera. Zucht.
Ik hijs me uit bed en stommel naar beneden. Een blik op de ontbijttafel zegt me dat ik me die moeite kan besparen. Onder de douche, aankleden, alles op de automatische piloot. In de spiegel kijk ik niet.
Ik breng Nona naar school en kruip bij thuiskomst achter de computer met de warme deken over me heen. Rustig aan, dan breekt het lijntje niet. Okee, zo kom ik de dag wel door, denk ik.
's Middags neem ik toch maar weer wat paracetamol en ik merk dat het een beetje helpt. Het glas water durf ik leeg te drinken. Mijn maag rommelt, maar nu is het gewoon trek. We gaan eten en ik eet mee. Het is weer voorbij.
Hoofdpijn, ik heb er regelmatig last van. Ik heb zelfs herinneringen aan avondjes uit met een hoofdpijn-etiket: Noorderslag 199ennogwat; flinke hoofdpijn. Betty Serveert speelde, en ik kan nog steeds niet naar die band luisteren zonder aan mijn bonzende hoofd van toen te denken.
Een weekendje in het huis van vakantievierende ouders van vrienden, ook ergens in diezelfde periode. Er was een "ding" georganiseerd dat nogal wat spanningen teweegbracht onder het gezelschap; hoofdpijn met lichtvlekken in het gezichtsveld. (Ik heb ook nog levendige herinneringen aan de bamisoep die de volgende ochtend/middag op het menu stond...)
Een avond toch uit ondanks schele hoofdpijn in een tent in de Peperstraat in Groningen. Een vage vent staat tegen mij aan te kletsen en ik hoor hem niet, maar verbeeld mij dat zijn woorden dansen op het ritme van het bonken in mijn hoofd, terwijl het zweet op mijn bovenlip staat. Hij zal op zijn beurt mij wel een vage griet hebben gevonden.
Ach, wat kan ik er verder van zeggen. Het hoort bij me. Je went eraan. Fijn is het niet, maar er zijn ergere dingen. Hordes cliche's.
Maar er valt soms ook een leuk verhaal over te vertellen.
Over een gekke vrouw. En een poes.
5 opmerkingen:
Ja man. Hoofdpijn. Gelukkig tegenwoordig niet meer zo vaak. Maar vroeger! Ik herinner me nog een keer dat ik bijna kotsend van mijn paard afviel.
O, de beelden, de béélden! Hahaha!
Hoe dan ook, best wel vreselijk eigenlijk.
Grappig, maar vreselijk.
Bij die verbouwing misschien ook een plekje voor een veldbedje vrij houden..?
En een sterkere pijnstiller in huis halen. Migraine is geen kattenpies, mij lijkt een paracetamol niet paardenmiddel genoeg.
Om maar even bij de beesten te blijven.
ik heb aan Noorderslag dan weer hele ander herinneringen: opeens wist ik dat ik de verkering met dinges moest uitmaken. Weet je nog? Was dat diezelfde keer?
Hahaaa! Nou daar denk ik ook nog wel eens aan, inderdaad! Maar of dat nou dezelfde keer was? Het zou kunnen. We hadden dus duidelijk wel wat issues going on, back then! Gelukkig maar dat we nu ons leven zo goed op orde hebben, niet?
Een reactie posten